De vollegronds groenteteelt levert een scala aan producten: spinazie, andijvie, doperwten, worteltjes, bonen, spruitjes, boeren- en bloemkool, broccoli, witte, rode en vele andere koolsoorten.
Doperwten, zo klein en teer als ze zijn, worden met grote machines van de akkers geoogst en mechanisch uit de peulen verwijderd. Vervolgens gaan ze snel op transport en, echt waar, zitten ze schoongemaakt en wel een paar uur later in een potje, een blik of de diepvries. Iets dergelijks geldt ook voor spinazie en bonen. Dat jokken bijvoorbeeld Hak en Bonduelle in hun reclame niet.
Spruitjes zijn wat makkelijker onbewerkt te bewaren. Dat geldt eigenlijk voor alle soorten kool.
Uien kunnen tranen opwekken, maar zijn eerder om te juichen. Ze zijn makkelijk te verbouwen en daarom erg goedkoop, maar ook nog eens heel gezond en voor erg veel gerechten te gebruiken.