karnemelk-roze
karnemelk is gezond

Nuttige stoffen

Planten zijn fantastische organismen. Ze maken honderd- tot tweehonderdduizend verschillende stoffen aan. Dat is voor de aanmaak van bladeren, vruchten en zaden met kleur- en smaakstoffen, maar ook stoffen om insecten te lokken of om zich er juist tegen te beschermen.

Professor Raoul Bino vertelde veel over al deze stoffen toen hij op 16 juni 2003 zijn intrede deed als hoogleraar plantkunde aan de universiteit van Wageningen.

Hij is professor in de 'metabolomica', wat een samentrekking is van metabolisme (stofwisseling van planten) en genomica (erfelijkheidsleer).
Hier volgt de tekst van het persbericht dat de Universiteit Wageningen uitgaf. Bino is inmiddels directeur van een van de Wageningse onderzoeksinsituten.

Metabolieten

Slechts één procent van de omvangrijke diversiteit aan plantaardige stofwisselingsproducten, metabolieten, is goed bekend. Om meer inzicht in de tienduizenden andere stoffen te verwerven en hun effecten op de menselijke voeding en gezondheid in kaart te brengen, gaat prof.dr. Raoul Bino zich toeleggen op het vakgebied van de metabolomica van planten. In zijn oratie constateert hij alvast dat de tomatensmaak wordt bepaald door zestien vluchtige stoffen.

Koffiegeur en rozenkleur

Het nieuwe vakgebied van de metabolomica beweegt zich op de grens van de biochemie en de bio-informatica en bestudeert de stoffen die bepalen hoe rozemarijn ruikt, een roos rood kleurt, koffie een kick veroorzaakt, heroïne hallucinaties teweegbrengt en hoe een tomaat smaakt. In zijn inaugurele rede 'De smaak van een tomaat en de geur van goed onderzoek' geeft prof. Bino de verschillende interacties aan van een plant met zijn omgeving: signaleren, beschermen en verdedigen.

In zijn onderzoek streeft de hoogleraar Metabolomica van planten ernaar de functies van die metabolieten en hun interacties met de omgeving te ontrafelen. Op die manier zijn ook de stoffen te identificeren die van belang zijn voor een goede gezondheid van mens en dier.

Gif, geur en kleur

De meeste metabolieten in planten ontstaan uit een eenvoudig molecuul dat de plant als skelet gebruikt om een scala aan andere stoffen te maken. Er zijn ongeveer honderd skeletten, die verder uitgebouwd kunnen worden tot elk duizenden stoffen. Zo ontstaan de zogenoemde flavonoïden (in rode wijn), de giftige alkaloïden (in groene aardappels) of geurige benzoïden (in bloemen), die soms zeer complexe, nauwelijks bekende structuren hebben. Tijdens elk experiment met een alledaagse of exotische plant, ontdekken onderzoekers nog steeds stoffen die in het geheel niet bekend zijn.

Rijp of nachtvorst

Planten bezitten niet steeds hetzelfde assortiment aan metabolieten. Sommige stoffen zijn alleen in een bepaalde ontwikkelingsfase present, zoals de geurstof die een rijpe meloen uitscheidt, de groene tulpknop die geel kleurt of de kleurstof in bladeren aan een boom na de eerste nachtvorst. Maar ook in een eenvoudig blad verandert de samenstelling van het metabole mengsel per minuut. Het momentane patroon aan stoffen is als een vingerafdruk van het blad en geeft de fysiologische conditie weer. Met deze afdruk is een relatie te leggen tussen de conditie, het uiterlijk (fenotype) en een groot aantal inmiddels bekende genetische kenmerken (genotype).

Metabolietenbibliotheek

Om een helder beeld van het metabolietenassortiment van de tomatenplant te verkrijgen leggen de onderzoekers in Wageningen onder leiding van prof. Bino inmiddels een metabolietenbibliotheek aan. Om de miljoenen meetgegevens uit analyses te orderenen en te selecteren op relevantie, hebben Wageningse onderzoekers reeds een aantal computerprogramma's ontwikkeld die de data tot één procent reduceren. Op die manier komen verschillen aan het licht in de diverse ontwikkelingsstadia van de plant.

Raoul Bino (1957) studeerde biologie aan de Universiteit van Amsterdam en promoveerde in 1986 in Wageningen. Hij deed daarna fundamenteel onderzoek in de plantenveredeling en trad gaandeweg steeds meer in managementfuncties. Vanaf 2000 was hij manager Bioscience van Plant Research International van Wageningen UR.